Richtlijnen straatnaamgeving
Naar aanleiding van een aantal verzoeken vanuit de samenleving voor straatnaamgeving van personen die iets hebben betekend voor de gemeenschap heeft het college verzocht om aanvullende richtlijnen op te stellen voor straatnaamgeving voor persoonsnamen.
De straatnaamcommissie die daarvoor is ingesteld heeft daarom voor het uitoefenen van haar taak een aantal aanvullende richtlijnen opgesteld. Hieronder volgt een voorstel van de straatnaamcommissie met aanvullende richtlijnen waarbinnen straatnaamgeving voor de gemeente Westerkwartier tot stand dient te komen.
Richtlijnen
Categorisering
Op het eerste gezicht lijkt het misschien logisch alleen straatnamen (en daaraan gekoppelde huisnummers) te geven aan wegen, straten, lanen, pleinen enzovoorts waaraan zich bewoonde huizen bevinden die een postadres nodig hebben. Niet alle stegen, sloppen of paadjes hoeven dan benoemd te worden. Maar: in verband met de vindbaarheid, het verlenen van hulp door politie, brandweer en ambulance is het van belang dat alle openbare ruimten zoveel mogelijk benoemd worden. Naast het geven van namen aan straten, lanen en pleinen moeten dus ook namen gegeven worden aan parken, groenstroken, paden, zandwegen, steegjes, bruggen, viaducten, rotondes, etc. Bij de beslissing hierover wordt allereerst onderscheid gemaakt tussen 9 soorten (categorieën) van te benoemen ruimtelijke entiteiten, te weten:
- Wegen
- Straten
- Lanen
- Pleinen
- Paden
- Grachten
- Plantsoenen
- Dijken
- Kunstwerken
De hoofdregel is, dat de categorieën 1 t/m 5 altijd van een naam worden voorzien, en de categorieën 6 t/m 9 alleen als de omvang of lokale betekenis of geschiedenis daartoe aanleiding geeft, ter beoordeling aan de straatnaamcommissie Naamgeving kan ook als functie hebben herinneringen te bewaren die met de betreffende plek zijn verbonden.
Bruikbaarheid
Straatnamen worden gebruikt om elkaar de weg te wijzen en ervoor te zorgen dat alles en iedereen precies uitkomt waar hij moet zijn.
Je moet zonder misverstanden met of over een straatnaam kunnen communiceren. Een straatnaam moet dus makkelijk te spellen en te schrijven zijn en bij het uitspreken duidelijk verstaanbaar zijn. Als iemand je een straatnaam vertelt, zou je die eenvoudig foutloos op moeten kunnen schrijven. We adviseren namen met een eenvoudige spelling, die niet moeilijk zijn om uit te spreken.
Houd rekening met verhaspelingen, en probeer dubbelzinnigheden zoveel mogelijk te voorkomen.
Toets alle namen op de correcte Nederlandse schrijfwijze.
Herkenbaarheid
Straatnamen moeten duidelijk en herkenbaar zijn.
Streef naar samenhang in de naamgeving van straten die bij elkaar in de buurt liggen. Voor wijken een thema vaststellen voor alle straatnamen. Zo creëer je herkenbare buurten zoals bijvoorbeeld de bomenbuurt, de weidevogelbuurt. Ook voor de vindbaarheid is dit van belang.
Vermijd dat straatnamen te veel op elkaar lijken (bijvoorbeeld Kalverstraat en Klaverstraat). Of dat de nieuwe naam te veel lijkt op een bestaande naam. Voorbeeld: Van Durenstraat vs. Van Burenstraat, of Kuiperstraat vs. Cuypersstraat.
Past het achtervoegsel (straat, gasje, brug, plein) en het karakter van de openbare ruimte bij de naam? Voorbeeld: bij een groot staatsman past geen smal steegje. Het is ook raar om een smal straatje een laan te noemen.
Wanneer er gebruik gemaakt wordt van voorvoegsels, deze uniform beginnen met een hoofdletter, behalve als deze wordt voorafgegaan door voorletters. Bijvoorbeeld : J.H. de Graafstraat.
Betekenis
Probeer waar mogelijk te zorgen dat een straatnaam echt past bij de omgeving. Dat wil niet alleen zeggen dat ze past bij andere straatnamen in de buurt, maar vooral dat de straatnaam echt betekenis heeft in verband met de plaats en/of omgeving waar de straat ligt. Heeft daar iets gestaan of is daar in het verleden iets gebeurd, dan kan de straatnaam daar op een zinvolle manier naar verwijzen. Soms zijn er oude veldnamen die kunnen worden (her)gebruikt als straatnaam. De straatnaam betekent dan ook echt iets voor een straat, juist op die plek, en dat kan prettig zijn om te weten voor de mensen die er wonen.
Plaatselijke historische verenigingen kunnen behulpzaam zijn bij het zoeken naar dit type van ‘passende’ straatnamen.
NEN normen
Een straatnaam mag niet langer dan 24 tekens zijn (inclusief spaties en punten). Is dit wel het geval dan wordt deze afgekort volgens de NEN 5825, versie 2002 norm. Zie bijlagen voor uitleg over de NEN norm.
Persoonsnamen
Er worden geen straten genoemd naar personen die nog in leven zijn. In de richtlijn noemen we diverse termijnen, verbonden aan ‘verdiensten’. Voor elke aanvraag voor persoonsnamen is een antecedentenonderzoek verplicht.
De vernoeming kan plaatsvinden:
- Direct
Koninklijk huis met de eerste en tweede graad; - Twee jaar of langer na overlijden
Personen met maatschappelijke bestuurlijke functie met aantoonbare directe betekenis voor het hele Westerkwartier. Geldig voor alle categorieën in de gemeente. - Vijf jaar of langer na overlijden:
De straat maakt geen wezenlijk onderdeel uit van de wijk; kan solitair worden benoemd binnen de woonplaats.
Personen met een bijzondere betekenis voor gemeente, woonplaats of dorp. In geval van betekenis voor de hele gemeente is de naam niet beperkt tot de eigen woonplaats van de ‘benaamde’. - Vijf jaar of langer na overlijden:
Naamgeving wordt gevraagd voor een openbare ruimte (denk aan voet- of fietspad, parkeerplaats of tuinencomplex) in de directe of nabije woon- of werkomgeving van de persoon. Of een specifieke locatie waar de persoon een waardevolle bijdrage heeft geleverd. In de buurt, bij de sportclub, vereniging (bijvoorbeeld: volkstuintjes)
Opmerking: Naast het verplichte antecedentenonderzoek wordt ook een buurtonderzoek gedaan.