Roekenoverlast melden
Hier leest u over roeken, kunt u een overlastmelding doen en kunt u lezen wat we aan overlast doen.
Overlast melden
Als u overlast van (broedende) roeken ervaart, kunt u via onderstaande knop een meldingsformulier invullen. Jaarlijks bezoeken we de locaties waarover overlast gemeld is en tellen we de roekennesten. Zo houden we jaarlijks bij hoeveel roeken er waar broeden en hoeveel overlast er wordt gemeld.
De roek
De roek nestelt bij voorkeur in kolonies in hoge bomen waar ze de jongen relatief veilig kunnen grootbrengen. Hun voedsel vinden ze vooral in het omliggende agrarische gebied.
Gelukkig zorgen de meeste kolonies niet voor overlast. Overlast wordt vooral ervaren in woonstraten binnen de bebouwde kom, waar veel mensen en veel roeken dicht op elkaar wonen. Het gaat vooral om lawaaioverlast, van ’s morgens vroeg tot ‘s avonds laat, bij nieuwe, snel groeiende kolonies.
Roeken spelen ook een nuttige rol. Ze voeren in het broedseizoen grote hoeveelheden insecten, zoals larven/emelten, aan hun jongen. Hoewel roeken soms voor overlast zorgen, vormen roeken geen gevaar voor de volksgezondheid.
Op de website van de Vogelbescherming leest u meer informatie over de roek.
Bescherming
De roek is net als alle vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. Ook de nesten van roeken zijn het gehele jaar beschermd, omdat zij als koloniebroeders elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en daarin zeer honkvast of afhankelijk van bebouwing of biotoop zijn.
Deze bescherming is in Nederland geregeld in de Omgevingswet en de bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincies zijn verantwoordelijk voor de invulling en uitvoering van het natuurbeleid binnen hun provinciegrenzen. Zij zijn het bevoegd gezag voor het verlenen van vergunningen, het toezicht en de handhaving voor natuur.
Voor het verstoren van roeken of het weghalen en verplaatsen van nesten is dan ook een vergunning van de provincie Groningen nodig. Hiervoor moet een kostbaar en zorgvuldig proces worden doorlopen.
Roeken in het Westerkwartier
De gemeente Westerkwartier houdt jaarlijks de overlastmeldingen, het aantal kolonies en bewoonde nesten bij. Hoewel de gemeente geen wettelijke plicht heeft om actie tegen roekenoverlast te ondernemen doen wij dat aan de hand van een roekenbeheerplan.
Roekenbeheerplan Westerkwartier
In 2021 is door een deskundige partij een onderzoek uitgevoerd naar roekenoverlast in onze gemeente. Hiervoor hebben we alle meldingen gebruikt die inwoners hebben gedaan. In drie dorpen hebben inwoners veel meldingen gedaan: Leek, Tolbert en Grijpskerk. Hier hebben we met de inwoners die overlast hadden besproken hoe we dit probleem aan kunnen pakken.
Met het bureau Witteveen Groenprojecten en Advies hebben we in 2022 het Roekenbeheerplan Westerkwartier opgesteld. Op basis van dit plan heeft de gemeente een vergunning van de provincie ontvangen voor vier jaar roekenverjaging vanaf de ernstige overlastlocaties Leek, Tolbert en Grijpskerk. Ernstige overlastlocaties zijn plekken in de bebouwde kom met hoge bomen met veel nesten op korte afstand van veel woningen, waar al meerdere jaren veel klachten zijn. Voor de nestlocaties zijn alternatieve locaties aangewezen waar de roeken wel ongestoord kunnen broeden. Dat noemen we beheerlocaties.
Hoe werkt het plan?
Witteveen Groenprojecten en Advies is in december 2022 gestart met de uitvoering van het plan voor roekenbeheer. In het Roekenbeheerplan is aangegeven met welke maatregelen de roeken op ernstige overlastlocaties worden verstoord en hoe de roeken kunnen worden gelokt naar de nieuwe beheerlocaties. Dit mag alleen volgens toegestane methodes.
Eén maatregel is het verwijderen van roekennesten op de overlastlocaties in Leek, Tolbert en Grijpskerk. Dit zorgt ervoor dat de roek een nieuw nest moet bouwen. Een deel van het nestmateriaal brengen de medewerkers van Witteveen of hun aannemer naar de beheerlocatie waar de roeken verder kunnen nestelen. Het verjagen gebeurt door vrijwilligers. Met speciale zaklampen schijnen zij in de schemer richting de roeken. Omdat roeken hun nestmateriaal ruiken is de ervaring dat ze zich op den duur op de alternatieve beheerlocatie vestigen.
Zodra een roek het eerste ei heeft gelegd, moet het verjagen op alle locaties onmiddellijk stoppen. Hier wordt door een ecoloog op toegezien.
Monitoren evalueren en bijstellen
Roeken laten zich niet zomaar naar andere locaties verjagen. Het zijn slimme vogels die heel kritisch zijn in de keuze van hun broedlocatie. Ze kunnen na het verjagen in Leek, Tolbert en Grijpskerk ook (tijdelijk) op locaties gaan zitten waar ze ook niet gewenst zijn. Deze locaties worden geïnventariseerd in het najaar, als de bladeren weer van de bomen zijn gevallen, zodat de nesten goed te tellen zijn. Ze worden dan onderdeel van het verjagingsplan.
Daarom is het nodig om minimaal vier jaar te verjagen, de ontwikkelingen in de gaten te houden en zo nodig bij te stellen.
Daarnaast worden vanaf november de andere dorpen met overlastlocaties bezocht en worden roekennesten geïnventariseerd. In 2026 wordt op basis van deze gegevens en de overlastmeldingen het verjaagbeleid samen met de provincie de vergunning geëvalueerd. Dan wordt opnieuw onderzocht wat het plan voor de volgende jaren wordt.
Heeft u vragen?
Heeft u vragen over de ernstige overlastlocaties Leek, Tolbert en Grijpskerk? Neemt u dan contact op met het bureau Witteveen via info@witteveenadvies.nl. Heeft u een vraag over roekenoverlast vanuit andere dorpen dan kunt u een mail sturen naar roeken@westerkwartier.nl.
Veelgestelde vragen
Wat is een melding en hoe kan ik een melding doen?
Onder het bovenste tabblad vindt u de knop ‘Overlast melden’. U wordt dan doorgeleid naar een formulier waar u kunt aangeven waar de overlast van roeken is en waar de overlast uit bestaat. De meldingen registreren we per adres en locatie per jaar. We kijken hierbij naar het aantal adressen dat een melding van een overlastlocatie heeft gedaan, het heeft geen zin om meerdere meldingen vanaf één adres te doen. Jaarlijks worden alle meldingen per overlastlocaties opgeteld en geëvalueerd.
Welke overlast is gemeld bij de gemeente?
Vooral geluidsoverlast. Inwoners melden bijvoorbeeld dat ze niet meer met het raam open slapen of oordoppen gebruiken. Vogelpoep komt op de tweede plaats, vooral in de tuin. Inwoners kunnen de was niet buiten hangen of niet meer buiten zitten. Ze hebben veel extra werk aan het schoonmaken van ruiten of tuinmeubels. Ook wandelen of fietsen inwoners niet meer langs paden met bomen waar bovenin roeken broeden. De vogelpoep geeft schade aan autolak en zorgt voor een slechtere opbrengst van zonnepanelen.
Wie doet de uitvoering van het verjagen van de roeken?
Om het roekenbeheer uit te voeren is speciale kennis nodig van roeken en natuurwetgeving. De gemeente heeft hiervoor in 2022 een aanbesteding gedaan, waarbij Witteveen Groenprojecten en Advies als beste naar voren kwam. Witteveen is een onafhankelijk bureau dat voor de gemeente het roekenbeheer uitvoert op locaties met ernstige overlast. Ze doen dit samen met vrijwilligers en een aannemer uit de buurt.
Wat doen vrijwilligers in het roekenbeheerplan?
Vrijwilligers zijn nodig om te helpen de roeken te verjagen op de bestaande ernstige overlastlocaties. Hoe meer inwoners helpen, hoe lichter het werk en hoe meer kans op succes. Aangemelde vrijwilligers ontvangen vooraf een instructie van een ecoloog. Het is bij wet verboden dat inwoners hier zelf mee aan de slag gaan. Ook kunnen de roeken zich dan verspreiden met als gevolg dat er meer overlastlocaties komen.
Welke mogelijkheden zijn er om te verjagen?
Roeken verjagen mag alleen maar op de manier die de provincie toestaat. Uit ervaring blijkt dat het werken met vrijwilligers met speciale zaklampen het beste resultaat geeft. Andere manieren werken maar tijdelijk of geven een negatief resultaat. Bijvoorbeeld glinstertjes, nep-roofvogels of alarmpistolen.
De roeken brengen schade aan landbouw en verjagen de weidevogels. Kan de gemeente daar ook tegen optreden?
Voor deze schade is het roekenbeheerplan geen oplossing. Dit plan gaat over overlast in de woonomgeving. Als boeren schade hebben, kunnen ze die wel bij de provincie melden. De provincie zal vragen of de schade te voorkomen was. Bijvoorbeeld door maatregelen te nemen om de roeken te verjagen. In sommige gevallen is er wel een vergoeding van schade mogelijk.